• In Het woeden der gehele wereld staan de bewogen jeugdjaren van Alexander Goudveyl centraal. De geschiedenis van Alexanders jeugd - gekleurd door 't Harts obsessies voor muziek, liefde en religie - is tevens de geschiedenis van een tijdperk, de jaren vijftig en zestig, en van een nooit opgehelderde moordzaak. Die moord gaat terug op een authentiek voorval: in 1956, pal voor Kerstmis, werd in Maassluis tijdens een groots opgezette evangelisatie-campagne op klaarlichte dag een politieagent doodgeschoten.In Het woeden der gehele wereld speelt ook een mislukte vluchtpoging met een haringkotter in de woelige meidagen van 1940 een rol. Deze thrillerachtige elementen worden naadloos verweven met de psychologische ontwikkeling van Alexander Goudveyl, die ervan droomt componist te worden.Maarten 't Hart trekt in deze breed opgezette roman velerlei registers open. Het is tegelijk een Bildungsroman van epische allure, een fijnzinnige psychologische roman en een onvervalste whodunit, die tot de laatste pagina blijft boeien.*Een aantrekkelijke roman die op allerlei niveaus te lezen valt [...] een kloek verhaal met veel kanten en de spanningsboog van een thriller. - T. van Deel in Trouw*Al met al zou deze roman daarom een hoogtepunt in het werk van deze schrijver kunnen zijn.
  • Maarten t' Hart werd op 25 november 1944 geboren te Maassluis. In 1957 ging hij naar het Groen van Prinsterer Lyceum in Vlaardingen waar hij koos voor de H.B.S. opleiding. Hij deed eindexamen in 1962 en ging in september van dat jaar biologie studeren aan de Rijksuniversiteit te Leiden. In 1966 deed hij zijn kandidaatsexamen en in 1968 studeerde hij af met als hoofdrichting Ethologie (gedrag van dieren). In 1978 promoveerde hij op een proefschrift over het doorkruipgedrag van de driedoornige stekelbaars. Zijn schrijverscarrière begon hij in 1971 toen hij de roman Stenen voor een ransuil bij De Arbeiderspers publiceerde (toen nog onder de naam Martin Hart). In 1973 werd de roman Ik had een wapenbroederen de studie over de bruine rat, Ratten gepubliceerd. Een jaar later verscheen de eerste verhalenbundel Het vrome volk, die met de Multatulieprijs werd bekroond. Sinds 1972 heeft Maarten 't Hart vele kranten- en tijdschriftenartikelen geschreven voor o.a. Het Parool,Vrij Nederland, Haagsche Post en NRC-Handelsblad. Daar het literaire werk onder deze overproduktie begon te lijden en Maarten bovendien genoeg kreeg van de journalistieke arbeid is hij in de loop van 1979 minder stukken gaan schrijven. Nadat in 1977 de novelle Laatste zomernacht was verschenen, volgden in 1978 een essaybundel en de roman Een vlucht regenwulpen. Met deze roman brak Maarten 't Hart door naar een zeer groot publiek. Na een jaar waren er reeds 100.000 exemplaren verkocht. De roman werd verfilmd door Ate de Jong met in de hoofdrol Jeroen Krabbé. Sindsdien geniet zijn werk een enorme belangstelling. Niet alleen zijn roman en verhalenbundels worden goed verkocht, ook zijn essaybundels gaan grif over de toonbank. Met de verschijning van de roman Het woeden der gehele wereld zag de twee miljoenste 'Maarten 't Hart' het licht. Deze roman werd bekroond met de Gouden Strop voor het spannendste boek en ontving ook in Zweden een prijs voor het spannendste boek. Eind 2007 verscheen zijn hilarische en steekhoudende boek over de dieetcultuur Het dovemansorendieet. Zijn recentste roman,Verlovingstijd, verscheen in 2009. Maarten 't Harts werk werd onder andere vertaald in het Zweeds, Duits, Frans, Pools, Bulgaars, Italiaans, Hongaars en Russisch. Op bol.com vind je alle boeken van Maarten 't Hart, waaronder het nieuwste boek van Maarten 't Hart
  • Wolfbreed Oorspronkelijke Titel Lily is een weerwolfmeisje, achttien jaar nu. In haar wolvengedaante is ze supersterk en 'afgericht' om in opdracht van haar christenmeesters, die de enige Ware Kerk vertegenwoordigen, rebellerende of ketterende plattelanders in het gareel te krijgen. Lily leeft een dubbelleven, enerzijds is zij een getrainde moordmachine, anderzijds een eenzame puber die hunkert naar liefde. Als zij door een ongelukkige samenloop van omstandigheden een groepje christensoldaten afslacht, rest haar geen andere keuze dan de wildernis in te vluchten. Udolf, de zoon van Jansburgs laatste heidense krijgsheer, ontfermt zich over haar.Intussen heeft ridder Erhard von Stendhal, die vastbesloten is de vogelvrijverklaarde Lily aan zijn zwaard te rijgen, zich vastgebeten in haar spoor. Een harmonieus bestaan lijkt voor het wolvenmeisje niet weggelegd. Of is er nog hoop? Een sprankje, een waakvlam? In de persoon van Udolf misschien?
  • L 'Empire des Loups Oorspronkelijke Titel Anna Heymes lijdt aan geheugenverlies. Ze herkent soms haar eigen man niet meer. Bovendien krijgt ze steeds sterker het gevoel iemand anders te zijn dan wie ze is. Elders in Parijs start inspecteur Paul Nerteaux een onderzoek naar drie moorden op Turkse vrouwen. Hun gezichten zijn ernstig verminkt. Hij ontdekt dat de Grijze Wolven aan het moorden zijn geslagen. Maar waarom hebben ze het op vrouwen uit hun eigen gemeenschap voorzien? Anna's zoektocht naar haar ware identiteit en de jacht op een moordenaarsbende komen op een overrompelende manier samen.
  • In de zeventiende eeuw woont een zeer intelligente jongen op het eiland Jersey. Op zijn veertiende kan hij op school niets meer leren en gaat hij een geleerde helpen om zijn grote privé-bibliotheek te ordenen. Langzaam begint het idee bij hem te groeien een woordenboek te schrijven/samen te stellen. Vlak na de dood van zijn vader vertrekt hij naar Londen, waar hij zijn vaders nalatenschap krijgt, waaruit duidelijk wordt dat zijn vader geheimen had. Zijn zoektocht daarnaar vermengt zich met het speuren naar informatie over de onderwerpen in zijn woordenboek, waaraan hij in Londen begint, met zijn eigen dagelijks leven en andere verwikkelingen, die meer eeuwen en landen omvatten. Een zeer ambitieuze, ook originele, maar vooral erudiete roman, die enige gelijkenis vertoont met Eco's De naam van de Roos. Soms wil de schrijver iets te veel, en verliest hij even de greep op de verwikkelingen, maar als geheel is dit een heel veelbelovend debuut.
  • Sinds de achttiende eeuw voelen westerse christenen zich persoonlijk geroepen om het evangelie te brengen in de 'heidenwereld'. Er ontstonden, ook in Nederland, tal van particuliere, gewoonlijk nietkerkelijk gebonden organisaties die aandacht vroegen voor de zending; door middel van bidstonden, diverse publicaties, zendingsfeesten en lezingen door zendelingen met verlof. Kinderen spaarden een maandagscent voor het zendingsbusje, of verzamelden melkflesdoppen, theelood, gebruikte postzegels en oud papier. Brede lagen van de bevolking maakten zo kennis met de mensen in de niet-westerse wereld. Deze bundel studies vraagt aandacht voor dit onderbelichte aspect van de geschiedenis van de negentiende en twintigste eeuw in Nederland, dat aan de wieg stond van de Nederlandse ontwikkelingshulp. Met bijdragen van Tom van den End, Gerrit de Graaf, Alle G. Hoekema, Chris de Jong, Annemieke Kolle, Cees van der Laan, Marjoke Rietveld-van Wingerden, Gerrit Schutte en Jasper Vree

Titel

Ga naar de bovenkant