Zondagskinderen gaat Bergman als het ware met heel kleine stapjes op zijn vader toe die hij misschien wel door het schrijven van deze roman, beter leert te begrijpen
en uiteindelijk ook vergiffenis schenkt ,waar deze op zijn doosbed vergeefs om vroeg
Zondagskinderen’ van de befaamde Zweedse filmregisseur Ingmar Bergman sluit aan bij de beide autobiografische geschriften ‘Laterna Magica’ (a.i. 88-01-025-2) en ‘Goede Bedoelingen’ (a.i. 93-02-106-2). De kleine roman geeft een miniatuurbeeld van de auteur als achtjarige en zijn verhouding tot zijn vader en tevens een gevoelige en gedetailleerde beschrijving van het zomerverblijf van het domineesgezin. Het verhaal is geconcentreerd rondom een uitstapje van vader en zoon op de fiets naar een naburig dorp waar de vader moet preken. De herinneringen zijn ditmaal vrij van haat en bitterheid, maar schokkende elementen blijven niet uit. Verteltechnisch zijn de overgangen van het herinnerende ik en het derde-persoonsverhaal over het jongetje Pu wat onverwacht. De vertaling van Karst Woudstra is goed. Het verhaal is verfilmd door een van de zoons van Bergman. Aan te bevelen voor een groot lezerspubliek.
Omslagfoto ABC Press inzet portret van Hendrik Bergman