Vooral zijn uitgesproken opvattingen over het sociale-zekerheidsbeleid – hij was een van de eersten die bijstandsfraude bespreekbaar maakte en pleitte al vroeg voor een basisinkomen – brachten hem landelijke bekendheid.
Na zijn pensionering vertrok hij naar de Corbières in Zuid-Frankrijk, waar hij de ontwikkelingen in Nederland en de wereld blijft volgen en bekritiseren. De Boer schrijft, dicht en onderhoudt contacten met talrijke kunstenaars. In Parijs ontmoette hij filosoof Jean-Paul Sartre en de surrealistische kunstenaar André Breton. Het meest betekenden voor hem echter de gesprekken met schrijver Albert Camus: een compromisloze humanist met een zwak voor vrouwen.
De Boer was betrokken bij de oprichting van de Wereldburgerbeweging en de PSP, maar bleef altijd lid van de PvdA, al passen zijn ideeën niet in hun vrije-marktdenken met zijn groei-economie. Tot de dag van vandaag blijft hij partijvoorzitter Hans Spekman dan ook bestoken met kritisch commentaar.